De rol van de vrouw in de Nederlandse maatschappij gedurende en rond WO2



Om iets te kunnen begrijpen van de betekenis van de oorlog en de inzet van vrouwen is het belangrijk een blik te werpen op de positie van de vrouw in de tijd van voor de oorlog.
Als we ons beperken tot Nederland, Engeland en Amerika, dan is dat al een studie op zichzelf.

In Nederland werd de maatschappij bepaald door religie.
De religie schreef de plaats van de vrouw en haar gedrag voor.
Mensen bewogen zich voornamelijk binnen hun eigen religie. Er bestonden dan ook Katholieke en Protestantse sportclubs, scholen, zelfs verpleegkundige opleidingen.

Gehuwde vrouwen hoorden niet te werken.
Ondanks het feit dat Nederland bekend stond als een land waar vrouwen al vroeg stemrecht hadden, bleek van echte participatie in de maatschappij op alle vlakken geen sprake te zijn.
Slechts 2% van alle gehuwde vrouwen werkten buitenshuis, meestal in typische vrouwenberoepen. Van de Rooms-Katholieke en Protestantse gehuwde vrouwen werkte slechts een enkeling.
Maar een paar vrouwen waren lid van een politieke partij en de vrouwen waren nog dunner gezaaid in het parlement.

Midden de jaren dertig wilde de regering alle betaalde arbeid door getrouwde vrouwen (behalve dienstmeisje) verbieden, wat resulteerde in verzet vanuit diverse richtingen en vervolgens
toenemende organisatie en mondigheid van vrouwen, wat uiteindelijk leidde tot de oprichting van het CWAV, Comité tot Verdediging van de Vrijheid van Arbeid voor de Vrouw, en in het najaar van 1944 tot het Nederlandse Vrouwen Comité.

Doordat vrouwen elkaar troffen buiten hun religie vond er een uitbreiding van hun netwerk plaats die de basis vormde voor verzetsactiviteiten, zoals het redden van onderduikers.

De situatie in Nederland was anders dan in bv Engeland en de Verenigde Staten.
Nederland was niet in oorlog, we waren bezet.
Geen mannen die openlijk als held de vrijheid van het land gingen bevechten, waardoor hun plaats eervol door vrouwen kon worden ingenomen.
Integendeel.
De Duitsers wilde Arbeits-Einsatz, de inzet van mannen uit bezette gebieden in Duitsland. Dwangarbeid om hun eigen mannen te vervangen.
In Mei 1943 werd dit nogmaals groot aangepakt door alle mannen tussen 18 en 35 jaar zich te laten melden.
Doel: 170.000 arbeidskrachten. Maar het resultaat was 54.000.
Dus ging er in 1944 een bevel uit dat alle mannen tussen 17 en 40 jaar in Duitsland moesten werken.
Uiteindelijk waren er 500.000 Nederlandse dwangarbeiders. Dat was een derde van wat men nodig had.

Vervanging van mannen in het Nederlandse arbeidsproces door vrouwen werd over het algemeen bezien als collaboratie.
De Duitsers hadden immers zelf de problemen veroorzaakt? Dan moesten ze het ook maar zelf oplossen. Tenslotte hadden zij het land bezet, en voor de bezetter werken, dat wilde bijna niemand.

Van de Nederlandse vrouwen werkte ongeveer 30.000 in Duitsland. Het is onbekend hoe zij en waarom zij daar kwamen. Een klein aantal waren gevangengenomen verdachten van verzet.

Omdat Duitse fabrieken doel waren van geallieerde bombardementen vonden vele werkers in Duitsland de dood.

In Nederland werkten vrouwen vooral in bedrijven die van belang waren voor het leven van de Nederlanders. In bakkerijen bv.
Maar alleen als mannen geen bewijs van onmisbaarheid konden krijgen of door het oorlogsgeweld waren gedood.

De rol van de vrouw in het verzet was aanvankelijk minimaal. Maar toen het duidelijk was dat er Jodenvervolging plaatsvond nam de rol van vrouwen toe.
Kinderen smokkelen was makkelijker voor vrouwen, verboden spullen vervoeren ook. En het waren de vrouwen die hun gezin draaiende hielden, terwijl ze onderduikers in huis hadden of van vervoer, voeding en zorg voorzagen.

De rol van vrouwen in het verzet nam toe. Ze werden onmisbaar als koerier en pilotensmokkelaar.
Terwijl ze het thuis steeds moeilijker kregen door gebrek aan alles.
Daarbij kwam dat ze de zaken die voorheen hun mannen waarnamen ook nog op hun schouders moesten nemen, want elke man op straat werd opgepakt.

Er is amper goed onderzoek gedaan naar vrouwen in oorlogstijd.
Er is zelfs geen vastgestelde definitie van 'verzet'. Was het helpen van onderduikers en dus het redden van levens verzet? Of werden alleen activiteiten die het belang van het land, Nederland, tot doel hadden tot die term gerekend?

Hoeveel vrouwen actief verzetsstrijder waren is onbekend.
Er zijn ongeveer 6 verslagen van vrouwen die in Nederland of Duitsland zijn geëxecuteerd omdat ze een actieve rol hadden in sabotage of liquidaties.

Ook weet men niet hoeveel vrouwen samenwerkten met de Duitsers. Na de oorlog werd er een vrouw, Ans van Dijk, ter dood gebracht vanwege haar aandeel in de Jodenvervolging en -moord.


De inzet van vrouwen werd bezien met de ogen van die tijd.
De vrouw als moeder van een gezin werd een moedige moeder en inventieve huishoudster.
Maar omdat alle vrouwen te maken hadden met bv voedseltekort en recepten van tulpenbollenstampot en aardappelschillensoep uitwisselden werd er een soort collectief streven in gezien om Nederland in stand te houden.
De vrouwen droegen zelf bij aan dat beeld.

Na de oorlog gingen vrouwen gewoon verder met de rol die ze al in de maatschappij hadden.
De bakkersvrouw gaf haar plaats aan de oven weer aan de man en ging zelf weer achter de toonbank staan, haar tijd verdelend over gezin en zaak.
Hierdoor verdween de aandacht voor hun activiteiten en ervaringen in de oorlog nog sneller.
Over traumatisering werd amper gesproken. Men leefde nog!
En het land moest worden opgebouwd.

De trots die ik voel over de rol van mijn oma en andere vrouwen van mijn familie in het verzet werd door mijn oma nooit gevoeld.
'Zo was het nu eenmaal.'

Ja, maar hoe was het nu echt?

.

Syl

RAF-dochter. Familie zat in het verzet.

RAF-daughter. Family was in the resistance.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten